donderdag 26 november 2009

Caché

Caché

De films van de Oostenrijkse Michael Haneke zijn nooit plezierreisjes. De regisseur heeft een uitstekende carrière opgebouwd (die recentelijk bekroond is geweest met een Gouden Palm) met films die steeds de zwarte kanten van de mens onderzoeken. Caché uit 2005 is hierop geen uitzondering, en is één van Haneke’s sterktste films, en won terecht de prijs voor beste regie in Cannes.

Een welgesteld koppel (Daniel Auteuil en Juliette Binoche) krijgen een video te zien waarop hun huis in de gaten wordt gehouden door een onbekende. Al wie Lost Highway heeft gezien, krijgt nu waarschijnlijk een vrij grote déja vu. Maar, Haneke slaagt zeer snel een compleet andere en realistischere weg in. Naast videobanden duiken er nu ook tekeningen op, en deze tekeningen doen Georges (Auteuil) vermoeden vanwaar de dreigementen komen. Van dan af komt het verleden bovendrijven. Het verleden van Georges zelf, maar ook een heel duister kantje van de Franse geschiedenis zelf komt bovendrijven (en wat voor één). Nu, dit wilt niet zeggen dat de film van de ene flashback naar de andere over gaat. Uiteindelijk staat de film met beide voeten in het heden, en krijgen we hoogstens 5 minuten uit het verleden te zien.

Verhaaltechnisch is dit een zeer sterk onderbouwde film. Het narratief begint ongeloofelijk strak. Elke scène houdt rechtstreeks verband met de dreigementen. We krijgen nooit een glimps te zien van de personages los van hetgeen er aan de hand is. Zelfs op Georges werk (als tv-presentator) of een gezellig etentje onder vrienden, 2 momenten waarin je vermoed dat ze even vanonder de dreiging die boven hun hoofd hangt kunnen onder komen, worden verstoord door de aanhoudende pesterijen. In de eerste helft zijn er hoogstens 2 korte scènes, die samen amper 5 minuten duren die niet rechtstreeks bijdragen tot het plot. In de tweede helft van het verhaal verschuift de focus echter. Het verhaal wordt door Haneke open getrokken, niet dat er veel veranderd. Een nieuwe, kleine crisis die men snel oplost, zorgt ervoor dat het verhaal (lijk) te ademhalen, maar de beklemmende sfeer blijft toch hangen. En dan, met een kleine, directe scène, worden we heel geweldadig terug binnen in het oorspronkelijke verhaal geduwd. Dit is een meesterlijke planning. De hele tijd krijgen we het gevoel dat er een wurgslang rond onze hals aan het kruipen is, en net wanneer we denken dat hij ons zal passeren, wurgt hij ons zonder compassie.

Ook de regie van een heel hoog niveau. Haneke, is een stillist, en hoewel er constanten zijn in zijn stijl (de lange shots vanop een statief, strenge kadrering,..) laat hij het verhaal mee de stijl bepalen. Voor Caché heeft hij gekozen voor een realistische aanpak. Hij gebruikt Hi-Def camera’s, en deze geven een heel realiteitsgebonden feel aan de film. Bovendien zorgt dit, dat je als toeschouwer niet het verschil kunt zien tussen wat Haneke filmt en ons laat zien, en wat er op de video’s staat die de famillie krijgt opgestuurd. Een verwarring waar Haneke heel wat uit weet te halen. Voorts zal hij nooit zijn beelden “forceren”, maar op een heel natuurlijke wijze stillistisch te zijn.


Zoals op bovenstaande prent. Dit lijkt een vrij arbitrair shot. Maar als we goed kijken zien we dat Haneke gekozen heeft om, Antonioni-gewijs het beeld op te delen door gebruik te maken van het decor, en ons personage daarin te isoleren. Hoewel er andere mensen bij staan, zit Georges alleen in zijn kader. Bovendien weet hij het beeld zo goed als doormidden te delen, een motief dat hij vaker brengt in de film.


Hier zien we dat de schaduw het beeld in twee verdeeld.


Zelfs in een gewone conversatie, delen de deur en de behanpapier het beeld mooi op in 2 delen.

Bovendien simuleert de gerichtheid van Haneke’s regie, de gerichtheid van het verhaal. We krijgen constant de acteurs te zien. De enkele keren dat we enkel een object te zien krijgen, is dat altijd één van de dreigementen (de tekeningen of de tapes). Iets waar Haneke ook mee speelt. Het lange openingsshot van het huis, blijkt een videotape te zijn. Zodat wij als kijker beginnen als voyeur. Wanneer de beelden op één van de tapes de regie van Haneke simuleren worden we weer op het verkeerde been gezet. De cameravoering zelf is typisch Haneke. Shots vanop een afstand (en zeker geen close-up, buiten de 5-tal inserts naar de objecten van dreiging), en een camera die, vanop een statief de acteurs volgt. Hij zal enkel in een scène cutten als het strikt noodzakelijk is (lees; de acteurs verdwijnen uit beeld of cuts in een lange conversatie).

Strak verhaal, strakke regie, en een traag tempo. Deze film is een slow burner. Hij gaat traag vooruit, maar je voelt hem constant. Het feit dat de ontknoping gededramatiseerd is, er geen echte grootse climax is, het een traag tempo heeft en u niet echt een goed gevoel geeft zal mensen afschrikken, en hem slecht doen vinden. Ik ga hier niet mee akkoord, dit is een ongeloofelijk sterke film. Het gededramatiseerd einde is de enige manier waarop dit verhaal zou kunnen werken voor mij, bovendien gaat Haneke niet voor de directe rush. Dit is een film die je voelt, zowel tijdens het bekijken, als daarna, lang daarna. Caché krijpt onder je huid, en blijft daar. Dat is, vermoed ik, wat Haneke wou bereiken, en een groot compliment voor elke filmmaker!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Volgers